OPGELET! Je kunt reacties geven op wat we hier gepost hebben. Je vindt onderaan elk deeltje een stippellijn. Daar rechts boven staat er hoeveel reacties er reeds zijn. Als je klikt op die link kun je niet alleen reacties lezen, maar ook zelf reageren. Zeker doen!! Toch nog even dit: indien je reageert op onze website, kunnen we je niet terug antwoorden. Schrijf dus liever op ons emailadres als je een antwoord wenst: johanenchristine@gmail.com

zaterdag, november 11, 2006

8 november ’06

Varanasi – Bangkok
Gisterenavond dachten we: we werken het reisverslag van India af, sturen het door naar onze blogger, en gaan nog rustig op ’t gemak iets eten. Daarna schuiven we vroeg ons bedje in. Morgen hebben we nog alle tijd om verder de rugzakken te maken, onze vlucht naar Bangkok is maar om 14.30h.
Maar, niets verloopt ooit hoe je het plande, hier…
We wandelden richting ’t stad’, verkopers en riksjarijders van ons afslaand, zoals altijd.
Niets aan de hand dacht je? Een fietsriksjarijder blijft ons volgen:
-Ik wil je een uur rondvoeren voor 10 rupees ( 0,2€)
-Sorry, we willen gewoon eens op ons gemak lopen, en hoeven nu geen riksja. Trouwens, indien je voor ons een uur zou rijden moet je dit niet doen voor 10 rupees!
Toch bleef de man ons achtervolgen…
We sloegen een minuscuul straatje in waar de fietsriksja met moeite kan passeren. Bijkomend voordeel: Er is een biershop in het straatje! We kochten een fles bier, en placeerden ons op de rand van het trottoir.
Maar, niet te geloven, na enkele minuten stond de man weer voor ons:
-Waar wil je naartoe, je loopt nu al zo’n lang eind?
-Het is niet ver, enkel maar naar internet, we vinden het leuk om eens te lopen…
Wil je ook een slokje bier?
-Nee, ik drink nooit bier, want dat is veel te duur voor mij.
Beschaamd denk ik dat ons pintje 65 rupees kost, en dat de man ons achtervolgt voor 10 rupees. Toch is het zo moeilijk te weten wat je moet doen… We zeggen tegen hem:
-Zet je bij, en drink een glas mee. Je mag ons dan seffens naar internet voeren.
-Jullie begrijpen dit wellicht niet. Ik ben arm, heb 3 kleine kinderen en kan met moeite de eindjes aan mekaar knopen. Ik moet voor de riksja een ‘permis’ betalen. Bovendien ben ik niet de eigenaar van de riksja. Ik huur hem elke dag voor 50 rupees van mijn baas, omdat ik het geld niet kan samenkrijgen om er zelf één te kopen. Mijn eerste klanten zijn dus elke dag voor hem…
De woning, waar mijn gezin verblijft, kost elke maand 1 000 rupees, de elektriciteit 300.
We weten ook dat een riksjarit maximum 30 rupees kost, en dat er meer riksjarijders dan klanten zijn..
-Mijn naam is Hira. Ik kan niet lezen of schrijven.
-Namasté. Christine en Johan. Wij hebben vier kinderen tussen 22 en 27 jaar
-O ja, wat leuk!
-Hoe oud zijn jouw kinderen?
-6, 4 en 1 jaar. Ikzelf ben de leefijd van jullie oudste zoon: 27.
-Hoe oud zijn jullie?
-50 en 51
-Jullie zijn mum and dad voor mij.(nog eens..)
-Wat kost een nieuwe riksja eigenlijk?
-8 000 rupees
-En een occasie?
-4 500
Tijdens de rit dachten we misschien iets te kunnen doen voor Hira…
Een kleine rekensom. We komen binnen 3 maand terug, 50 rupees X 90 dagen = 4 500 rupees. We zouden dit bedrag aan hem kunnen lenen, net genoeg voor een occasie riksja.
Hij zet ons af aan het internetcafe. Ik betaal 20 rupees.
-Ik wacht je op, het maakt niet uit hoe lang het duurt. Daarna voer ik je terug. Alsjeblieft.
-Nee, dat willen we niet. Wacht niet. Misschien kunnen we je helpen een eigen riksja te kopen zodat je je eigen baas wordt…
-Dit zou voor mij fantastisch zijn. Morgen stel ik je voor aan mijn gezin.
-OK, kom morgen om 8 uur.
Vandaag , bij het inpakken en inladen van de auto, om 7.30h is hij er al.
We werken toch nog de bagage af, en rond 8h vertrekken we. We slaan de moslimwijk in, steeds kleinere straatjes, tot de riksja geparkeerd wordt.
-Ik ben afkomstig uit Bengalen, niet ver van Calcutta en ben moslim.
-Het huis dat we huren is eigenlijk niet zo goed, maar je bent welgekomen…
Via een deurtje komen we op een soort braakliggend terrein, waar het wemelt van de kinderen tussen de vele krotten. Het is even schrikken. We hadden een huis, of toch minstens enkele kamers verwacht.
We gaan binnen. Het huis is één kamer van 3 x 4 meter. Alhoewel, kamer…
Met bamboe is een afdak gemaakt tegen een muur. Niet volledig waterdicht. De andere drie wanden bestaan uit afgedankte jutezakken. De vloer is aarde.
Een mat wordt opengerold voor het hoge bezoek. We nemen plaats, en worden thee aangeboden…
Het eerste moment weet je niet waar gekeken. Je bent zò beschaamd in je eigen rijkdom…
Maar, als je dan wat meer op je gemak bent zie je dat alles hier piekfijn is. Het weinige dat ze hebben heeft zijn plaats. Het krot aan de buitenkant is mooi aan de binnenkant. Zijn vrouw (die met gemak de wedstrijd miss België en miss Belgian Beauty samen zou kunnen winnen) en kinderen zien er heel net uit. Niet te begrijpen hoe dat hier kan. De kinderen hebben hier een echte thuis en zien er gelukkig uit. Waarmee we niet willen zeggen dat hier aan de minimumbehoeften is voldaan. Zo’n toestanden zijn voor ons onmenselijk. Maar toch zie je hier ook weer de enorme creativiteit van een mens om met zo weinig toch een stuk geluk op te bouwen. Zelfs hier geen wanhoop, maar hoop. We hebben dit op deze reis al vaak geleerd: alles is veel hoopvoller en positiever dan je op een foto ziet…
Voor Hira is het verschrikkelijk geen enkele bestaanszekerheid te hebben. Elke dag weer opnieuw het eten van morgen moeten verzamelen. 200 rupees elke dag is een minimum.
-Een grote zak rijst is goedkoper per kg, maar we kunnen dit niet in één keer kopen.
De gasfles is leeg. Geen geld voor een nieuwe, we verzamelen hout om te koken…We slaan er ons wel door.
Intussen zie ik dat de familie van Hira hun ‘kamer’ moeten delen met een muizenfamilie, waarvan het holletje net naast me in de hut uitkomt.
Het meest wraakroepende vind ik de huur: 1 000 rupees per maand, voor zoiets! En dan de huur van die riksja! 1 500 per maand. Elektriciteit 300. Anderen worden nog rijk op het zweet van zo’n mensen.
We besluiten hen 500 rupees te geven om een grote zak rijst te kopen, een nieuwe gasfles,en…. We lenen hen 4 500 rupees om een occasie riksja aan te schaffen. Dit bedrag moet terugbetaald worden als we begin februari terugkomen. Natuurlijk kunnen we dit ook géven. Maar zo is het geen aalmoes, enkel een kleine steun die hem in staat stelt op eigen kracht een iets betere situatie op te bouwen.
We nemen afscheid van de familie. Hira leidt ons rond in de moslimwijk waar in vele huizen enkel weefgetouwen voor zijde staan. Het manueel werk is een moslimspecialiteit. De verkoop gebeurt door hindoes. Op het einde belanden we weer zoals gewoonlijk bij de afdeling verkoop. En… hira zal ook wel zijn procentje krijgen.
We worden teruggevoerd,en spreken af binnen 3 maanden. Hira wil graag dat we dan bij zijn gezin komen dineren. We stemmen graag toe en beloven in België een foto van zijn gezin te laten afmaken.
Vlug de rest van de bagage in orde brengen. Ieder personeelslid van het hotel heeft het precies geroken, en draait rond ons om een fooi te krijgen… Heel vervelend. Ik had 100 rupees fooi gegeven om onder het personeel te verdelen, maar blijkbaar heeft de man aan de balie alles voor zichzelf gehouden…
De man in de straat die ons de ATM toonde, wilt ook een fooi…We spreken een eerlijke prijs af met de motorriksjarijder om ons naar de luchthaven te voeren, maar… ook weer het gezeur naar een extra fooi. Het kan danig op de zenuwen werken.
De controles op de luchthaven zijn immens en blijven duren. We vertrekken dan ook te laat, met 25 man in een Boeing 747 met 300 zitplaatsen. Het is een nieuwe lijn, en we zijn gewoon met Ryanair te vliegen, waar op de 747 meestal geen plaatsje vrij is!
Vliegen is altijd een beetje een feest. Je ziet het chaotische India diep onder je verdwijnen, met alle menselijke miserie, diep onder de wolken. Ik denk aan Hira, terwijl het personeel van Thai air ons vertroetelt met een lekkere maaltijd. Omdat het bewolkt is zien we niets van Myanmar en de Indische oceaan…
Na 2,5 uur beginnen we te dalen. Het is intussen donker geworden, omdat we naar het oosten vliegen. In Thailand is het 6 uur later dan thuis.
Uit de lucht zie je meteen een totaal ander land: rechte wegen, heel goed verlicht. Ook tijdens het landen: snelwegen, bruggencomplexen… gewoon zoals bij ons.
Een visum is hier niet nodig, dus alle formaliteiten in de hypermoderne luchthaven van Bangkok International zijn in een tiental minuten gepasseerd. We herschikken de bagage, omdat we de laptop als handbagage meegenomen hebben. We bergen hem in één van onze twee rugzakken, zodat we onze handen vrij hebben.
De geklimatiseerde airportbus brengt ons naar het centrum in ongeveer een uur. Bangkok ziet er heel modern uit. De hoogbouw is enorm. Je waant je in Manhattan. Grote verkeerswegen en ook het metronet slingeren zich op palen, ver boven de begane grond, tussen de wolkenkrabbers door.
Gedaan met riolering op straat, hopen vuil… Je bent het zodanig gewoon geworden dat het je nu opvalt hoe netjes alles er hier bij ligt: zoals thuis.
Hier in het centrum zie je veel westerlingen. Lekker eten wordt geserveerd, het bier vloeit rijkelijk, disco, leute, vrouwtjes te koop…Het is een schok na Pakistan, India, Nepal... Hoe kun je toch in enkele uren in zo’n andere wereld terecht komen???
Ik denk aan het straatbeeld in Varanasi, aan het gezin van Hira. Als je de mensen hier aankijkt merk je niet meer datzelfde vuur in de ogen.
Dit is wellicht een eigen gevoel. We staan verdwaasd en een beetje triestig naar dit alles te kijken en missen iets. Onthutst denk ik: na 5 maand zijn we weer in een wereld terecht gekomen die je je ganse leven gewoon bent. Hoe kan dit zo’n schok zijn?

9, 10 november ’06

Bangkok

We hebben enkele dagen nodig om hier in de stad wegwijs te raken: je moet het plan wat in je hoofd krijgen, de werking van de metro, de bootverbindingen…
Totnogtoe hebben we weinig tijd in administratie verloren, omdat alle visa van thuis geregeld waren. Voor het tweede deel van de reis is dit anders. We kloppen eerst aan bij de Indische ambassade. Nee, je visa-aanvraag moet in de voormiddag binnen… Morgen terug, dus.
Er is hier een ingewikkeld systeem: In de voormiddag je visum aanvragen(met pasfoto’s, en een kopie van het paspoort) . Tussen 5 dagen en 3 weken later je paspoort over de middag ingeven, en op dezelfde dag tussen 15 en 16h30 komen afhalen. Dit wil zeggen dat we eerst naar Cambodja kunnen, en als we in het terugkeren Bangkok weer passeren kunnen we het afhalen. 6 maand geldig. Dit is één!
Het Iraans visum kunnen we nog niet aanvragen, maar we zoeken toch de ambassade op om informatie te krijgen. Misschien kunnen we het dan begin februari aanvragen. Ambassade verhuisd. Op het nieuwe adres hebben we geluk. Je kunt het nu al aanvragen, enkel op maandag. Het paspoort moet niet binnengegeven worden. Enkel een copie. In februari afhalen is goed. Dan heb je drie maand om het in gebruik te nemen. Dit regelen we zeker ook nog, voor we naar Cambodja gaan.Dit is twee!
Nu blijft nog één moeilijk visum over: Syrië. Wellicht is het mogelijjk om dit in Brussel in orde te krijgen, in de kerstvakantie( hebben ze telefonisch beloofd), maar… we kijken zeker ook hier. Nu niet meer mogelijk, want morgen is het weekend.
We plannen ook het verdere verloop van de reis. Omdat we nu nog een toer maken door Cambodja en Maleisië is er tijd om in Januari over de verschillende eilanden van Indonesië over land en met de boot door te reizen tot in Australië…
We kijken hier voor een goedkope verbinding Darwin – Bangkok.

11 november

Bangkok
11 nov is wapenstilstand, maar voor ons vooral de verjaardag van pa. Mijn pa wordt vandaag 80 jaar. Het is ook de dag dat mijn grootmoeder gestorven is.
Ik heb een triestig gevoel vandaag. Pa, ik wil vandaag bij je zijn, samen met familie en vrienden. Deze reis heeft me ook geleerd nooit meer een gelegenheid over te slaan om feest te vieren…De band met thuis is heel sterk.
We hebben een plan. We staan vroeg op om een klein filmpje te maken met één van de camera’s van de kinderen van Kathmandu. Eerst leren hoe het werkt…
Daarna naar de waterkant. Pa houdt van boten net zoals ik. De zee zit gewoon in ons. Het is meegegeven met de genen van onze grootouders. We spreken een filmpje in en zingen ‘happy birthday to you…’
Nu naar het internetcafé om door te zenden. Het wordt 10 uur, 11 uur, 12, 13, 14…
We leren comprimeren, maar zien dat er dan van de film niets overblijft, we proberen op flickr, andere emailadressen…Het lukt niet. We zijn er het hart van in…Noodgedwongen maken we een paar foto’s met niet minder gemeende wensen. We zijn er bijna de ganse dag mee bezig.
We hebben ook nog iets anders in petto. Met de ganse familie is er een groot feest in ‘restaurant Groenevelt’. Koenraad heeft het nummer doorgemaild. Als opa denkt niets meer te horen van ons (hihihi) zal de telefoon rinkelen uit Bangkok tijdens de aperitief! Hopelijk loopt er nu niets meer mis…
De telefoonverbinding is uitstekend. Ik moet de lijn doorgeven aan Christine omdat ik geen woord kan uitbrengen. De tranen lopen hier over mijn gezicht.
We horen iedereen het verjaardagslied zingen. Het is prachtig...
We konden op geen beter moment bellen... Toeval?